In het koelvak kunt u melkproducten, eieren, bereide gerechten, brood en banket, geopende conservenblikken en harde kaas bewaren.
De temperatuur in het koelvak kunt u van 3 °C tot 8 °C instellen.
De aanbevolen temperatuur in het koelvak bedraagt 4 °C.
Door de koelopslag kunt u ook zeer bederfelijke levensmiddelen op korte of middellange termijn bewaren. Hoe lager de gekozen temperatuur is, des te langer blijven de levensmiddelen vers.
Volg de tips op bij het bewaren van levensmiddelen in uw koelvak.
- Om ervoor te zorgen dat de versheid en kwaliteit van de levensmiddelen langer behouden blijven, uitsluitend verse en ongeschonden levensmiddelen bewaren.
- Bij kant-en-klaar-producten en gebottelde producten de door de fabrikant vermelde houdbaarheidsdatum of gebruiksdatum niet overschrijden.
- Om aroma, kleur en versheid te behouden of smaakoverdracht en verkleuringen van de kunststofdelen te vermijden, levensmiddelen goed verpakt of afgedekt bewaren.
- Warme gerechten en dranken eerst laten afkoelen, voordat u deze in het koelvak plaatst.
Door de luchtcirculatie in et koelvak ontstaan verschillende koudezones.
Koudste zone
De koudste zone is op de scheidingsplaat en in het deurrek voor grote flessen.
Warmste zone
De warmste zone bevindt zich helemaal bovenaan in de deur.
Tips:
Bewaar minder gevoelige levensmiddelen in de warmste zone, bijv. harde kaas en boter. Hierdoor komt het aroma van de kaas beter tot ontwikkeling en blijft de boter smeerbaar.
Bewaar gevoelige levensmiddelen in de verskoelruimte, bijv. vis, worst en vlees. Verskoelruimte